Betws-Y-Coed

Eeuwige stilte, rust en genieten, bij de rivier. ’s Morgens nog even het stille kerkje binnen, om er in de aanpalende hal het wekelijks rommelmarktje te bezoeken. Bij de ingang stond dezelfde verkoper, die mij de week tevoren nog van twee Beatleboeken voorzag, en voorwaar hij had er opnieuw twee andere bij, die ook deze keer richting mijn boekenrek vertrekken. Namiddagthee in de lounge van het Royal Oak hotel. In enkele lokale shops koop ik nog wat t-shirts met Welsh logo.

’s Avonds uiteraard opnieuw voor een licht avondmaal, penne deze keer, en een portie jazz in de Stables. De drummer is opnieuw opgedoken, zodat Maurice met een gerust hart van een complete band kan spreken. Ander repertoire dan vorige week, en toch weer boeiend. De traditionele raffleverkoop, en ook deze keer win ik geen teddybeer, noch een fles wijn. Na afloop babbel ik nog even met Maurice, voor hij zijn trombone inpakt. See you next year.

Iets over elf en de hemel is bezaaid met sterren. Hier is het ’s nachts nog echt donker.

Nog een ochtend

Het weer geeft zich niet gewonnen in Wales. Het blijft een onvergetelijk septemberweer. Zelfs om zeven uur in de ochtend, bij het lopen over het nog dauwnatte gras, naar het sainitair blok wat lager op het terrein. Ik kan mijn laatste ontbijt nuttigen onder een opkomend zonnetje. Ik loop nog eenmaal de campsite rond, en schiet er de laatste plaatjes. De tent raakt niet helemaal droog. Daar kunnen we niet op wachten. Na een laatste keukenafwas, pleeg ik nog wat small talk met Carol, en betaal mijn rekening voor elf overnachtingen. Tot volgend jaar, beloof ik min of meer, door haar toe te vertrouwen dat ik dit plekje beschouw als ‘mijn zomertuin in Wales’. “Oh ja, en ik vond gisteren nog de twee oude watermolens in Betws”, voeg ik er nog aan toe, want zij weet van mijn exploratietochten naar molens. En hola, zij weet ook nog een restant, ergens achter het Rock Climbing winkel complex. Dus daarvoor alleen al ben ik verplicht om toch weer naar Betws-Y-Coed af te zakken.

Het is tien voor tien wanneer ik de laatste keer bij het hek stop. Midden op de weg zit een konijntje dat niet wijkt. Het is alsof het wil dat ik nog een tijdje blijf. Kan niet beest. Ik stap uit, maar het konijn heeft het hazepad al gekozen, en is verdwenen richting yurt, of toch daaromtrent. Het stijle wegje richting bergaf voert mij terug naar de A5, waar ik links voor de Waterloobrug kies om via de A470 zuidwaarts af te zakken. Via het kasteel van Dolwyddelan, Blaneau Festiniog recht naar Dollgelou waar ik links de weg neem, en dus niet via Machinlith ga waar Bron-Y-Our in de buurt ligt, om zo in Dinas Mawddwy uit te komen bij Meirion Mill voor nog wat t-shirt inkopen en een laatste koffie met scone plus confituur. Het eerste uur en ook de eerste 75 km van een terugtocht van om en bij de 765 km (475 mijlen) zitten er op. Na een kleine drie uur doorkarren, met een stuk oponthoud rond Birmingham, rij ik Stratford-Upon-Avon binnen. Shakespeare is niet thuis, maar dat mag de pret niet bederven. Tijd om toch dik anderhalf uur de benen te strekken. Het is er marktdag. Al de kramen staan er netjes bij, allemaal opgetrokken in dezelfde stijle en kleur. Geen tijd om dit nader te bekijken. Snel de tweedehands bookshop annex muziekshop binnen. Richard Harris ligt er met zijn uitvoeringen van de nummers van Jimmy Webb, weet je wel MacArthurs Park, dat nummer van meer dan 7 minuten uit 68 waarmee hij de Beatles met Hey Jude met een secondenlengte klopte. Ook Donna Summer waagde zich nog aan dit nummer. HMV is uit het straatbeeld verdwenen. Het winkelpand ligt er verloederd bij. Een paar huizen verder duik ik Starbucks binnen. Amerikaanser kan niet, maar ze schenken er wel behoorlijk gevulde koppen koffie.

De road to Dover.
Het is halfacht wanneer ik langs de M25 stop voor een laatste plaspauze, en check van mijn e-mails. Ik koop nog een laatste magazine, met wat overtollig nikkel.

Niet zoveel later langs de M25, rij ik in de buurt van Chessington Adventures Park, daar waar je via afrit 23 Epsom kan bereiken. Epsom bekend bij alle muzielkliefhebbers, alleen al omdat de beste Britse gitaristen uit die buurt vandaan komen. Clapton, Beck, Page. Zelf heb ik er ooit een barbecueavondje meegemaakt bij een collega van mijn toenmalig werk, waar ik een goeie band mee had. Ik denk nog wel vaak aan de man, en zeker wanneer ik weer eens in de buurt van de M23 over de London Orbital schuif in mijn metalen doos op wielen. Overigens ook daar in de buurt winkelde ik ooit bij Asda, op een zondagmiddag….

Het was aan het donkeren toen ik de M20 opdraaide met nog een laatste 100 km voor de boeg tot Dover.

Zonder veel oponthoud, en een ‘smooth sailing’ kar ik terug voorbij de metershoge afsluitingen in Calais, waar nog steeds een massa Aziaten met begerige ogen uitkijkt richting beloofde land. Ik word terug in het dagdagelijkse leven geworpen van het vasteland.

Bladeren kleuren zachtjes rood. Ik mag er niet aan, denken hoe zalig het moet zijn om nu te fietsen van Betws naar Llanwrst om maar iets te zeggen. Dinsdag marktdag.