Blog Image

Sadeler's blog

If I were a miller at a mill wheel grinding, would you miss your color box, and your soft shoe shining? (c) Tim Hardin

Link naar:  windmolens, Facebook   Meer weten? contacteer mij. 

Opgelet: Alle artikels en foto's zijn beschermd door copyright. Alle overeenkomsten tussen bestaande personen en personages berusten op louter toeval. Topfoto (c) Michel Verdoodt.

Temse: Molens doorheen de seizoenen

Molens Posted on 30 jan, 2010 01:09

Op de foto: Yolande Vanden Bossche en Karel Van den Bossche

Vrijdagavond 29 januari waren we getuige van de opening te Temse van de tentoonstelling: “Molens doorheen de seizoenen”. Deze tentoonstelling loopt van 30 januari tot en met zondag 28 februari. Bezoeken kan telkens op zaterdag of zondag tussen 14 en 18 uur. Op zondag eveneens van 10 tot 12.

De tentoonstelling rond molens is samengesteld uit de verzameling van Yolande Vanden Bossche die eerder al in de watermolen te Temse exposeerde met een aantal foto’s.

Schepen van Cultuur, Annemie Blommaert, mocht als eerste de geïntresseerden toespreken, waarna burgemeester en tevens voorzitter van het Gemeentelijk Cultuurcentrum, Luc De Ryck, schetste hoe rijk onze Vlaamse cultuur is aan verwijzingen naar molens, zowel in wat betreft toponomie als in naamgeving van personen. Denk maar aan De Meulenaere, De Meilemeester, Molenbeersel, Molenbeek, enz…

Dr. Jur. Karel Van Den Bossche, conservator van het Vlaams Centrum voor Molinologie in het naburige Sint Amands, tevens zetel van het Molenforum Vlaanderen, mocht op zijn gekende begeesterende manier het publiek onderhouden over een stukje molengeschiedenis. Vooral de recente archeologische vondsten te Gent op de Ikea site, trokken de aandacht, en zullen in de toekomst nog zeker voer voor verder studiewerk uitmaken.

Na het dankwoord van Ide Manteleers, vertegenwoordigster van Levende Oost-Vlaamse Molens, en betrokken bij Bibliotheca Wasiana, werd een glas aangboden en kon iedereen rustig genieten van een babbel, en uiteraard ook van het geexposeerde werk.

Allen die onze molens genegen zijn, mogen zeker niet vergeten een van de komende weekends even binnen te lopen in Temse in het Gemeentemuseum, gelegen in de Kasteelstraat 16.

http://www.temse.be/toerisme_musea.html#Gemeentemuseum

Enkele sfeerfoto’s waarop o.a. burgemeester en schepen van cultuur.



De zes donkere weken

Molens Posted on 13 jan, 2010 15:06

Dat werd vroeger gezegd door de mensen ‘van op den buiten’. Het was de tijd dat de dagen amper ‘open en toe’ gingen. Weet er trouwens iemand precies om welk uur de dag begint, of de nacht, dat maakt niet zoveel uit? McCartney zong in 1967 in ‘She’s Laving Home’: “Wednesday morning at five o’clock, as the day begins”. Mogelijks. Maar wat doe je dan met de Benedictijnen die reeds om drie uur opstaan? Zelf hou ik het voorlopig toch liever bij een wat later startuur van de dag.

Waarom eigenlijk? Mogelijks volgen we beter het ritme van de kippen. Antwoorden op een gele briefkaart sturen naar…. en zelfs dat is uit de mode en uit de tijd geraakt.

Ik vermoed, nee ik weet en besef, dat nogal wat collega’s, van nog geen jaar geleden zich afvragen, wat iemand doet die plots baadt in zeeën van tijd. Iemand die vroeger zo druk was in het verre Mechelse hinterland. Zie voor een voorbeeldje hieronder.

Voorlopig althans, laat dit zich makkelijk vatten in een woord: genieten. Genieten van die ogenblikken van de dag, binnen de uren waarop de dagen amper open en toe gaan, tijdens deze zes donkere weken tussen begin december en half januari. De tijd waarin je amper ziet dat de dagen korter of langer worden. Het is pas vanaf 13 tot eind januari dat we ’s morgens dagelijks een minuutje meer licht krijgen en ’s avonds twee minuutjes. Bijna een heel uur dus, en vanaf februari wordt het nog mooier met elke ochtend volle 2 minuten eerder licht.

Opzoekingen in verband met molens.

Enkele weken geleden wou ik twee dingen checken. Ten eerste of het inderdaad mogelijk was, hetgeen ik las in een oude krant van 1895, en ten tweede hoe kan ik makkelijkst via bos- en veldwegels van bij mij thuis naar de Horenbuts wandelen. Toeval of niet, maar beide waren best te combineren in een wandeling. Het werd een zes à zeven kilometer lange tocht die ik heb gewandeld tijdens een namiddag tussen drie en vijf uur. Netjes afgerond op het dorp met een koffietje in een café waar zowaar onze burgervader een van zijn laatste sigaretten rookte. Ik bedoel rookte in het café, want het was nog enkele donkere dagen te gaan eer ook hier het rookverbod onherroepelijk zou toeslaan, tenzij ze hun spahetti, en aanverwante slaatjes de deur uit zouden keilen (wat ze uiteindelijk nog gdaan hebben ook).

In de Denderbode van 10 februari 1895 (*) stond een bericht te lezen over enkele zonen van mulder Van Der Biest te Erpe.

De watermolen was even beneden de kerk langs de Dorpsstraat gelegen. Tegenwoordig zit hij zowaar geprangd tussen de Dorpstraat en de doorgetrokken N46 naar Oudenaarde. Adolf, de zevende en jongste zoon van de molenaar was gaan “loten” naar Lede. In die dagen waren de Lotelingen zoals Concience ze beschreef nog jaarlijkse kost. Dit door de Franse bezetter ingevoerde selectiesystem voor den troep zou pas afgechaft worden in 1913. Voor de jongere lezer. Het systeem kwam er op neer dat je op een gegeven ogenblik werd opgeroepen om je naar een centrale plek te begeven waar je uit een draaitrommel (vergelijk het met een vroege voorloper van de lottotrommel) een nummer mocht loten.

Een laag nummer betekende voor vier jaar naar den troep, een hoog nummer betekende de vrijheid. Dat er voor en na de trekking een koehandel werd opgezet met die lootjes en dat daarbij pakken geld werden verhandeld, richting rijkeluiszoon naar arme boerenstakker is wat Concience ons verhaalt in zijn boek. In een artikeltje gepubliceerd in het driemaandelijks tijdschrift voor Heemkunde en Geschiedenis van Wetteren (**) uit 1993, nummer 3-4 van September-December lezen we in het vermoedelijke autobiografische verhaal van Casimir Vermeiren , dat een vrijkoop zowat 1600 franks kostte. Dezelfde krant waaruit we citeerden meldt op pagina 4 bij de Merktprijzen dat “een koppel viggenen 40 frank kost” en dat voor “3 kilo boter 5,94 tot 7,56 frank” moet betaald worden. Vrijkoop was dus een voorrecht voor wie geld had. In het krantenartikel lezen we over vrijkoop echter niets.

Wie er zich uitlootte wou dit zo snel als maar kon aan zijn thuisbasis laten weten. Internet en GSM waren toen nog veraf. Het artikel van Casimir Vermeiren verhaalt dat er ook lopers werden ingezet om het nieuws kond te doen aan de naastbestaanden; weer anderen zetten postduiven in.

In het geval van onze mulderszoon bevlagde, de waarschijnlijk bevriende, molenaar van Lede de wieken van zijn windmolen om een teken te geven. Bij Van der Biest, vier km verder, zagen ze dit teken en werd alles voor een feestelijke ontvangst in gereedheid gebracht. Het duurde dan nog een uur eer de gelukkige vergezeld van zijn broers met zijn nummer op de pet gespeld thuis arriveerde. Er wordt niet vermeld waar ze bij de watermolen stonden om helemaal tot in het buurdorp Lede te kunnen kijken. Mogelijks gbeurde dit vanaf de nabijgelegen motte (berg) bij het Erpse kasteel, wat verder langs de beek.

Zelfs mocht de windmolen in Lede nu nog bestaan, blijft het moeilijk voor te stellen dat men toentertijd zo ver kon kijken dwars over akkers en tussenliggende gehuchten heen. Een blik op de Popp kaart van Erpe van zo’n 50 jaar eerder (periode 1845) leert ons dat er zich tussen beide molens een wijk bevond (Erembrouck), halverwege, met eenvoudige huisjes van wevers en spinsters (mijn eigenste voorvader Cornelius woonde in een van die huizen). Wanneer je tegenwoordig vanaf de vroegere lokatie van de Leedse windmolen, achter de vroegere steengroeven waar Lediaanse steen werd gedolven, wandelt kun je nu nogsteeds zonder problemen kijken tot de Erpse kerk. Ook de Impse Tucmolen moet duidelijk zichtbaar geweest zijn, net als trouwens de stenen windmolen langsheen de Erpse Dorpstraat.

Het zicht van de gehele omgeving wordt sedert de jaren 60 van de vorige eeuw beheerst door de Erpse watertoren langs de Bossestraat. De windmolen in Lede is verdwenen tijdens de eerste wereldoorlog. Het stampkot zoals hij werd genoemd sond pal naast de huidige Bonten Os. Wanneer je goed door de haag kijkt tegenover de huidige afspanning zie je nog de oude molenberg, die nooit werd afgegraven.

In die dagen liep er een klein wegeltje helemaal naar de Keiberg vanaf de molen. Je ziet er momenteel nog enkel het begin van bij de bocht in de huidige Molenbergstraat. De loteling zal samen met zijn broers, meer dan waarschijnlijk, langs daar gestapt zijn, op weg naar huis, via het Erps- kapelleken, door Leekauter naar het lager gelegen Horenbuts, om via de Gentweg de molenbeek te bereiken en deze volgend thuis aan te komen.

(*) Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en des Arrondissements Aalst. Kostprijs 5 centiemen per nummer.

(**) tijdschrift voor Heemkunde en Geschiedenis van Wetteren , 1993, nummer 3-4 van September-December

Andere bronnen: Google maps, http://belgica.kbr.be/nl/coll/cp/cpPopp_nl.html, kaart Ferraris



Nieuwsbrief – windmolens.be

Molens Posted on 06 nov, 2009 23:51

Hierbij de geboorte van onze eerste nieuwsbrief.

Klik door naar:



Huisemolenfeest

Molens Posted on 29 okt, 2009 23:17

18 oktober, een dag om nooit meer te vergeten.

Het Huisemolenfeest was een schot in de roos. Huise staat hierdoor terug op de kaart als molengemeente in de Vlaamse Ardennen. Alle inwoners van Huise hebben ervaren dat het gemeend is met hun molen en met de vzw Levende Oost-Vlaamse molens die er zich voor ten minste dertig jaar achter heeft geschaard. Over luttele tijd zullen de wieken opnieuw door het luchtruim klieven. Van heinde en ver (van Knokke tot Meeuwen-Gruitrode) waren ze gekomen, de schoolkinderen, die zich hadden ingeschreven voor de vogelverchrikkerswedstrijd. De wedstrijd uit het allernieuwste boek, in de Peppels reeks, van Marc de Bel. De Zweefbollen van Professor oTomoTo.

Voor de gelegenheid had de lokale bakker zelfs gezorgd voor een aangepaste versie van de zweefbollen. Het waren inderdaad geen gewone ‘Boule de Berlin’s’ die we er bij de koffie nuttigden. Lees er het boek maar op na voor de oplossing van het zweefbollen misterie.

De wandelaars die het uitgestippelde parcours volgden langs de beide molens kregen ruimschoots de tijd om hun oordeel neer te pennen op de wedstrijdformulieren. Bij de Schietsjampettermolen was er zelfs voor een heus druppelkot gezorgd, waar een overheerlijke molenjenever werd geschonken. Geniet u even mee van enkele foto’s.

Marc de Bel was in zijn sas met de meer dan 30 vogelverschrikkers, geselecteerd uit de honderden inzendingen uit gans Vlaanderen. Dat kon je duidelijk merken toen we hem langs het wandelparcours tegenkwamen ergens tussen de Huise- en de Schietsjampettermolen.

Wannes Laps, de reus, mocht op heel wat belangstelling rekenen tijdens zijn wandeling langs de Wannegemstraat. Daar had Thomas wel voor gezorgd.

De Kriegelband zorgde intussen binnen voor aangenaam vertier en na de prijsuitreiking liet onze schrijver zich zelfs verleiden tot het brengen van een, het mag gezegd worden, knappe bluesversie van de klassieker ‘Daar bij die Molen’. Bij de Huisemolen zelf was het op een gegeven ogenblik een drukte van jewelste. AVS streek er neer, om er het nieuws van de dag vast te leggen, terwijl Marc de Bel, Siel Van der Donckt (VRT-journaliste, hier in haar achtertuin), Alain Goublomme (voorzitter van de organiserende vzw) en Paul Bauters (de man die de molen naar Huise bracht in de jaren zeventig van de vorige eeuw) er in een boeiende conversatie verwikkeld waren.

Paul schreef ooit nog een standaardwerkje over Vlaamse Molens. De vzw Levende Oost-Vlaamse Molens, geeft een tijdschrift uit onder dezelfde naam. Binnenkort beschikt Huise opnieuw over een echt Vlaams stuk erfgoed. De burgemeester in spe, mevrouw Kathleen Hutsebaut, was dan ook zeer opgetogen in haar dankwoord tijdens de uitreiking van de prijzen voor de vogelverschrikerswedstrijd.

De school in Huise behaalde een voortreffelijk derde plaats in de vogelverschrikkerswedstrijd en kwam daarmee net achter een school uit Meeuwen-Gruitrode en de winnaars uit Knokke, die voor een echt kunstwerkje hadden gezorgd, door een vogelverschrikker op een oude fiets te monteren.

Om te eindigen….koken kost geld, en dus zullen de molenaars en molenvrienden van de vzw Levende Oost-Vlaamse Molens elke cent zeer goed kunnen gebruiken.

En al had Marc de Bel kromme vingers van het veelvuldig signeren van zijn boek (*), toch beschikt de vereniging nog over enkele boeken die de jouwe kunnen worden. Het boek wordt aangeboden aan dezelfde prijs als in de winkels. Alleen bent u zeker dat wanneer u het boek bij de vereniging koopt, er een belangrijk gedeelte van uw centjes naar de molen gaat.

Te oud voor een jeugdboek, of heb je geen kinderen of kleinkinderen meer om cadeautjes te geven, stort dan een milde aftrekbare gift (vanaf 30 Euro) op rekening 745/0240792/10 bij het Forum voor Erfgoedverenigingen.

(*) Het boek bevat een bijlage over de geschiedenis, werking en verschillende molentypes, geschreven door molinoloog Alain Goublomme, die trouwens zelf figureert in het boek.



Molenprikbord

Molens Posted on 14 okt, 2009 20:46

Het molenprikbord in Nederland wordt ook door talrijke Vlamingen gelezen.

Wij troffen er enkele intressante links aan. klik even mee.

In de evenementenkalender staan we zelfs met ons Huisemolenfeest.

Ken je het prikbord nog niet? Dit is de link naar de startpagina.



Ertvelde? Dorp van muziek en …molens

Molens Posted on 09 okt, 2009 19:36

Ik wil hier even aandacht vragen voor collega molenaar Johan Van Holle die ons rondleidt op de molensite te Ertvelde. Morgen zaterdag zeker een bezoek waard tijdens de Oost-Vlaamse molendag.

En aangezien ons blogje ook aandacht besteed aan classic rock, zullen we bij gelegenheid Johan bezoeken en wat vragen voor de voeten gooien, over zijn wedervaren tijdens het legendarische optreden van Ike en Tina Turner te Zelzate.

Oh ja de link naar het filmpje.



Molenaarscursus 2009-2010

Molens Posted on 08 okt, 2009 13:55

Meer foto’s van de eerste lesdag zijn te vinden op: de cursus

Wat hebben we vandaag geleerd?

Een nieuwe molenaarscursus is van start gegaan. Onder het toeziend oog van de overkoepelende vereniging, Molenforum Vlaanderen, startten de Koepelvereniging Molens Vlaams-Brabant en Windmolen Hertboom vzw, op drie oktober, bij de Hertboom windmolen (vaak bekender als de Zepposmolen) een molenaarscursus. De Oost- en West-Vlamingen steken een handje toe.

Tweeëntwintig entoesiaste liefhebbers hopen er over twee jaar hun diploma van meester-molenaar op zak te steken. De weg is lang, de leerstof is niet van de poes, en de stagetijd is meer dan nodig. Je moet er immers in slagen om in je eentje een gevaarte van 50 ton naar de wind te zetten, of enekel duizenden kubieke meter water feilloos naar jouw waterrad te leiden, om op die manier het koren om te zetten in mooi gelijkmatig gemalen meel, waarvoor geen enkele bakker zijn neus zou ophalen. Voorwaar geen eenvoudige opdracht. Wij zijn echt verheugd dat wij tussen de deelnemers ook vier rokjes opmerkten, bij wijze van spreken want op die rokjes wordt het vermoedelijk wachten tot de diploma uitreiking in 2011.

Een tiental verschillende lesgevers, elke specialist in hun eigen discipline, zulen verspreid over een periode van zes maanden de studenten onderwijzen in de diverse aspecten van hetmolenaarsambt en tal van zaken waar een molenaar met wordt geconfronteerd. Geschiedenis, bouw en structuur van houten en stenen molens, techniek van het draaiende werk in zowel wind als watermolens, weer en wolkenkunde, een studie over granen (boekwijtpannekoeken?), en tenslotte recht, administratie, restauratie- en onderhoudspremies. Dit alles in voorbereiding op het presteren van 100 praktijkstage-uren. Nodeloos te stellen dat over al deze disciplines examenproeven dienen afgelegd te worden.

Wij hebben zelden een dergelijk entoesiaste groep gezien tijdens een eerste ledag. Het lijkt alsof de een de ander nog meer aansteekt in zijn of haar entoesiasme. De laatsten verlieten de site pas rond halfzes op de laatste van de twee te bezoeken molens. Dat voorspelt nu al veel goeds.

We werden vrendelijk ontvangen op de watermolen van Sint-Gertrudis Pede door de aanwezige molenaars. Robert Staquet is zelfs naast zijn originele taal van Molière, de taal van Gezelle machtig geworden, en geef toe het molenaarsjargon is echt geen kattepis. Een watermolen en een staakmolen op een eerste lesdag. Een hele opdracht om alle opgedane indrukken rustig te verwerken. Menig cursist zal vermoedelijk ’s nachts gedroomd hebben over vangwielen, pegels, pasbruggen, ja tot zelfs van ezels toe. Zaak is het nu om tijdens de volgende cursusdagen alle onderdelen op de juiste plaats in de puzzel te passen, en alle kaf en koren op de correcte wijze te scheiden. De eerste ledag was een uitgelezen winderige dag om reeds wat theorie in praktijk om te zetten. Iedereen weet alvast wat windplanken zijn, want die moesten er uit, vanwege een stevige Zuidwestenwind. Zeilen voorleggen werd verschoven naar een latere datum. En omdat er voldoende wind aanwezig was werd de kaar snel gevuld met graan. Het viel ons overigens op hoe zacht, gelijkmatig en rustig deze molen maalt. Pas enkele jaren geleden nog gerestaureerd door molenmakersbedrijf Wieme. Het wiel van de voormolen loopt perfect op steek, met zijn bonkelaar.

Maar ik loop vooruit . Teveel terminologie voor een eerste molendag? Meer uitleg volgt wanneer de meer praktisch gerichte lesgevers, de schitterende inleiding van molenhistorius Denewet zullen aanvullen.

An innocent bystander



Chesterton windmill

Molens Posted on 24 sep, 2009 20:37



Dagtrip naar het Rijsselse en de Avesnois

Molens Posted on 20 sep, 2009 13:38

Zaterdag, 19 september, trokken ‘de verenigde’ West- en Oost-Vlaamse molenliefhebbers er op uit, over de schreve, naar het Rijsselse, en naar de streek van Avesnois, totaal onbekend in ons Denderende land van Aalst, maar dat zal omgekeerd vermoedelijk niet anders zijn. Om acht uur al werd aangezet in de schaduw van het mooie stadhuis van Oudenaarde, met tussenstop te Marke aan de voet van onze enige Vlaamse molen met nog een bestaand Engels wiekensysteem. In Leers, nog maar net over de grens, werden we welkom geheten door de burgervader, in de opengestelde, maar niet draaiende witte stenen molen (Moulin Blanc). Een bovenkruier daterend van 1852. Al van in 1914 stond de molen stil, nadat de molenaar door een ‘misverstand’ door de Duitsers werd aanzien als spion, en ter plekke werd gefusillieerd. (bron folder uitgegeven door l’Asssociation Régionale des Amis Moulins Nord – Pas-de-Calais.) Het zou tot 1971 duren eer de gemeente de stilaan vervallen molen aankocht en liet herstellen door de firma Peel (thans molenbouwers op rust). Wat ons vooral opviel, was het feit dat hier naar eeuwigheid werd gestreeft. Zelden dergelijke zware balken gezien in een zetelkap. Kwam het daardoor dat het vangwiel door enkelen als eerder ‘mager’ werd aanzien? Iets om rustig over na te denken, later bij een lekker glas La Leersoise, blond bier van hoge gesiting, waarvan iedereen een fles mee mocht nemen.

Net voor de Rijsselse metropool in Villeneuve d’Asq, ligt het domein van Jean Bruggeman. Niet direct schitterend gelegen vlakbij de snelweg en bovendien naast een aartslelijke parking, maar wel makkelijk te bereiken. Een bezoek zeker meer dan waard. De site omvat een museum, een bijgebouw met een enorme diesel, en een uit West-Vlaanderen gerecupereerde kollergang. Er is daar overigens heel wat te bekijken aan gerecupeerd materiaal uit zowel Frans- als West-Vlaanderen. Drie staakmolens sieren de site. Een replica schaalmodel, een korenwindmolen en een olieslagmolen. Een beetje verweesd naast de parking in het zicht van een al even aartslelijk hotel staat nog een nagbouwde watermolen, met inzicht langs drie zijden. Zeg maar een waterrad gebouwd als het ware aan een grote ‘carport’. Dat de site vaak omschreven wordt als minder mooi is geheel te wijten aan de, niet tot de site behorende, omgeving. Denk dit even weg, en je bevind je in een paradijs voor de molenliefhebber. De ontsluiting kan beter, maar daar is uiteraard geld en mankracht voor nodig. Misschien moet de crisis in Europa eerst nog heviger toeslaan, eer we gaan beseffen dat Europa, en Vlaanderen voorop in feite de museumsite van de toekomst is. De gehele wereld kan dan als toerist van onze eeuwenoude kennis komen genieten. Genieten, zei het in mindere mate, deden we van een gezellig middagmaal, in het vlakbij gelegen restaurant.

Voor velen, het hoogtepunt van de dag, bereikten we in Templeuve in de Moulin de Vertain, vlakbij kasseistrook nr 7 uit de wielerklassieker Parijs-Roubaix. Reeds in 1328 stond op deze plaats een molen. De huidige constructie gaat terug tot zeker 1616. Uniek omdat dit nog een enige constructie is van een molen waarbij binnen in een stenen toren, met draaiende kap, in feite alles op een staak zit gemonteerd en dus draait. Dit merk je nog het best wanneer je op de steenzolder staat, en men buiten de molen op de wind zet, door de molen te kruien. Een motie opgesteld tijdens het Timms symposium in Arnhem in 1973 was onrechtstreeks de aanleiding tot de laatste restauratie van deze unieke molen. Ook hier treffen we de naam van Bruggeman aan, bij de initiatiefnemers. Het molengebouw is 10,20 meter hoog en de kuip heeft een diameter van 5,10 meter.

Op deze laatste mooie zomerzaterdag verlaten we de streek van Pevele om af te zakken naar de streek van Avesnois, ons onbekend, en helemaal niet zover gelegen van Brussel, hart van Europa. Er staan nog twee watermolens op ons programma. Eerst naar Sars Poteries, voor bezoek aan een watermolen uitgerust met drie steenkoppels. De molenarin, leidde ons rond over de verschillende zolders waar genoeg attributen aanwezig zijn om er een bezoek van een gehele dag voor uit te trekken. Sint Catherine, een vrouwelijke molenaarsheilige, keek vanuit een nis toe en zag dat het goed was. De molen van Sars Poteries is een van de weinig in de streek waar nog alles intact is gebleven. Dit in tegenstelling tot de watermolen op onze eindbestemming in Grand Fayt, waar helaas alle binnenwerk is verdwenen. Het waterrad van het type Poncelet is volledig gerestaureerd en draait rustig zijn rondjes onder het neerstortend water uit de spaarvijver. In de indrukwekkende gebouwen tonen een aantal ambachtslui hun werk, liggen heel wat molenattributen tentoon gesteld en is ook een bakkerij ondergebracht. Een plek waar op deze zaterdag heel wat dagjesmensen naartoe zijn afgezakt. We besluiten er onze molenuitstap bij een drankje en een hapje, op deze eerste dag van de ‘journées du patrimoine’ in Frankrijk. Een zeer mooie kennismaking met een onbekende streek voor ons Vlamingen, en zeker een meer uitgbreid herbezoek waard. Geniet mee van enkele foto’s.

Meer foto’s zijn te vinden op: molens.sadeler.be (foto’s van Eddy De Saedeleer)

Zie ook foto’s van Jef Geldof.



Open Monumenten in Nederland

Molens Posted on 13 sep, 2009 00:58

Zaterdag 12 september…op stap in Zeeland.



Sint-Antelinks molenfeest: inhuldiging Buysesmolen

Molens Posted on 17 aug, 2009 22:01

Het afgelopen weekend van 15 augustus was het precies 40 jaar geleden dat er in Woodstock een festival werd gehouden. Drie dagen van vrede en muziek. En zo leek het nu ook in het vredige Sint-Antelinks, in het hart van Vlaanderen. Een eeuwenoude molenplek werd er na jaren in ere hersteld.

Fotoreportage te bekijken op de fotosite.

Toegegeven, het heeft wat geduurd. In 1976, stoof Lucien Van Impe uit het naburige Mere de Franse bergen op met zijn fietsje onder een verzengende zon, en tegelijkertijd op een windstille zomerdag,14 juli, storte Buysesmolen onder luid gekraak ten gronde. Buren zagen hoe jaar na jaar, houtzwam en onkruid de molensite overwoekerden, tot er finaal niets meer overbleef. De staak was het laatste wat er enigszins verweesd achterbleef. Was dit een teken? Wou Buysesmolen als het ware uitschreeuwen: “Mij krijgen ze niet klein!” Distels groeien niet enkel op Gods akkers, maar evenzeer tussen afblakerende metalen kruisplaten, en opgestapelde eiken balken. Het bleef langt wachten op betere tijden. Zelfs het beschermende afdak tegen hagel, regen en wind begaf het op de duur. 33 Jaar is een hele tijd, een mensenleven in lang vervlogen tijden. Toch heeft ook hier uiteindelijk recht gezegevierd. Al zullen een aantal “molendeskundigen” vinden dat het geen zin heeft om nu nog verdwenen molens terug op te richten. Waarom niet? Vroeger kwam het toch ook voor dat een molen door hevig onweer, of oproer, in een brand volledig verwoest werd. Die molens werden heropgericht, en vermoedelijk zelfs niet steeds in hun oorspronkelijke staat. De Vlaamse staakmolen mag niet verdwijnen uit het landschap. Deze oorspronkelijke computers uit de eerste industriële revolutie moeten blijven om te getuigen voor onze jeugd tot wat hun voorouders in staat waren. Stel dat we 20 jaar lang geen staakmolens meer oprichten, wat denk je dat er zal gebeuren met het molenmakersambacht? Er ligt een zware taak op de schouders van onze regeringsleiders, regionaal, nationaal en Europees om er zorg voor te dragen dat er een toekomst gegarandeerd blijft voor de molen.

Dit deel van de Westerse wereld is gedoemd om te evolueren naar een wereld waarbinnen erfgoed en toerisme een meer dan belangrijke plaats zullen innemen. Gelukkig hebben ze dit in Oost-Vlaanderen goed begrepen, getuige de zeer inspirerende speech van gedeputeerde Dauwe, tijdens de plechtige openstelling van dit meesterwerk. Herzele, met cultuurschepen Hoorens voorop mag terecht trots zijn op Buysesmolen. Deze molen samen met de twee andere molens Te Rullegem en Ter Rijst zet Herzele opnieuw als molengemeente nummer een op de molenkaart. In Erpe-Mere mogen ze dan in aantal molens hun buur sterk overtreffen, op toeristisch vlak valt er nog heelwat achterstand in te halen. Misschien is het verwerven van de volledige oude molensite een kans om dit goed te maken.

De pastoor van het naburige Aspelare zegende de molen en de notabelen hanteerden de schaar om het lint te knippen. De verenigde molenaars, inclusief cultuurschepen Hoorens, die trouwens recent het diploma van Meester Molenaar(*) behaalde, assisteerden gedeputeerde Dauwe bij het lichten van de vang. Dit onder het toeziende oog van Hilbrand De Vuyst, destijds ambtenaar bij Monumenten en Landschappen, en er als eerste bij om in Herzele aan de kar te duwen. Sabine Okkerse architecte keek mee toe. Op een veilige afstand zagen we ook molenbouwer Peter Thomaes voldaan toekijken. De wieken zouden immers direct tegen een gezapige snelheid door de lucht klieven. Boven in de molen op de steenzolder wachte vrijwillig molenaar Johnny De Pelseneer reeds op zijn eerste nieuwsgierige bezoekers.

Of ze in Sint-Antelinks nog eieren hebben, en of ze de Arme-Klaren nog kennen weten we niet, maar het weer was alvast uitstekend. Veel zon, een weinig wind (molens moeten draaien), en vele vele blije gezichten.

De molentrap leidt je langs een zakkenezel naar de meelzolder, waar je recht tegen de meelgoot en meelbak van de voormolen aankijkt. De meelbak van het achterste steenkoppel, aangedreven door het vangwiel bevindt zich rechts achterin de meelzolder. De bediening van dit steenkoppel, tijdens het malen wordt geregeld via een bollenregulator links achter. Rond het vangwiel bevindt zich een houten plankvang. De vang is van een zeer oud type waarbij een het vangtouw over een wipstok loopt. De molen oogt uiteraard zeer nieuw, en dat is het enige minpuntje dat we kunnen bedenken. Dat echt doorleefde hout van pakweg 200 à 300 jaar geleden daar zullen we nog wat moeten op wachten. De molen beschikt over een gevlucht van 23 meter, uitgerust met traditionele windborden, en bruine zeilen.

Net als enkele andere molens in de Denderstreek zijn de kruisplaten vervaardigd uit metalen I-profielen, waarop zich zeer stevige voeten bevinden om de oksel- en meesterbanden op hun plaats te houden.

Ook al dateren de oudste vermeldingen van deze molen uit de vijftiende eeuw, toch gaat deze construvtie terug op een versie van de molen van enige tijd voor 1750, zoals trouwens de meeste nog bestaande staakmolens in Oost-Vlaanderen.

Vanop de zakkenezel bovenaan de trap zag je in de verte de Kruiskoutermolen lustig draaien. Het zonlicht weerkaatste fel op de Verbusselde wieken. Met vier maalvaardige staakmolens links van de Dender is dit stukje Vlaanderen tussen Ninove, Aalst en Zottegem een uitglezen fietsstreek aan het worden. Molens die je via een fietstochtje van amper 50 kilometer zo aan elkaar knoopt.

(*) cursus georganiseerd in 2007/2008 door vzw Werkgroep West-Vlaamse Molens en vzw Levende Oost-Vlaamse Molens.



Molenweekend in Zeeuws-Vlaanderen

Molens Posted on 11 mei, 2009 12:34

Het tweede weekend van de maand mei is traditioneel het molenweekend in Engeland en Nederland. Vooral de laatste jaren hebben wij vnl Engeland geëxploreerd, waardoor Nederland geheel en al aan onze aandacht ontsnapte.

Wel, dit hebben we dit keer goed gemaakt, door een “dicht bij huis” molenexcursie. Zaterdag molens bekeken in wat men tegenwoordig Oost Zeeuws-Vlaanderen noemt, en zondag dan West Zeeuws-Vlaanderen, gekoppeld aan een bezoekje aan de boekenmarkt in Damme, die zoals steeds plaatsgrijpt op de tweede weekends van elke maand.
Zaterdag bezochten we achtereenvolgens de molens van Axel, Groenendijk en Kuitaart, met een lekker bakkie koffie ter afronding in Terneuzen. Zondag was het dan de beurt aan Cadzand en Sluis. Terwijl vroeger slechts een enkele dag was voorzien in dit weekend, nl. de zaterdag, probeerde men dit jaar ook de zondag toe te voegen, wat naar ons ngevoel, niet echt een succes mag genoemd worden.
Heel wat molens, die op de lijst voorkwamen bleken zelfs niet bemand, en dus gesloten. De molen in Sluis wacht op vernieuwde wieken. Retranchement, Hoek, alemaal dicht. Bij de molen van Zuidzande kwamen we rond vijf uur aan, en de molenaar was reeds bezig met het zaakje te sluiten. Een heel verschil met Cadzand, waar we de molenaar nog net het hek zagen sluiten, even voor zevenen.
Ijzendijke en Biervliet lieten we links liggen, omdat we deze reeds twee jaar geleden bezochten tijdens een molenexcursie met onze vereniging.

Axel: Stadsmolen, een stellingmolen uit 1750.Tot 1747 stond er op die plaats een houten molen.

Groenendijk: een open staakmolen daterend uit de zeventiende eeuw. Groenendijk behoort tot Kloosterzande. Een typisch voorbeeld van een Vlaamse staakmolen. Op de staak (standerd) zijn twee tekstplaten aangebracht.

Kuitaart: Vogelzicht, een ronde stenen korenmolen van het type grondzeiler. Molen gebouwd door Vlaamse molenbouwers uit Sint Niklaas. De oude molenaar ‘van Jole’ is insmiddels reeds 94. Naast de molen bevindt zich een kleine
maalderij, met twee mechanisch aangedreven maalstoelen. Een dieselmotor treffen we er ook nog aan. Van in dit gebouw loopt een mini spoorlijntje tot voor de ingang van de molen.

Cadzand: Nooitgedacht, een ronde stenen beltmolen. Gelegen aan de afslag naar Cadzand-Bad. Ook hier stond ooit een staakmolen. Bouwjaar 1898. Er werden blijkbaar nogal wat onderdelen van andere molens gebruikt bij de bouw van deze toch wel recente molen. Je kan er meel kopen, en verpozen op een van de banken buiten die rond een oude molensteen staan opgesteld.

Sluis: molen De Brak, momenteel wordt er gerestaureerd aan de wieken.

Hou jij ook van molens? Laat het ons weten.



Huisekoutermolen

Molens Posted on 09 mei, 2009 00:43

Vandaag hebben we bij de notaris de nodige paperassen getekend, waardoor we met Levende Oost-Vlaamse Molens vzw de molen van Huise in erfpacht hebben verkregen.



Stille zondag

Molens Posted on 04 mei, 2009 10:05

Gisterennamiddag gedraaid op de Kruiskoutermolen met Jan, onder een af en toe grauwe wolkenhemel. Een merkwaardige dag, want vaak was er laag bij de grond wind, en toch leken onze wieken deze wind straal te negeren. De bomen staan volop in hun blad, en dat zal er ook wel mee te maken hebben, dat de wind als het ware er over heen shuift.

Weinig bezoekers, wel enkele meel/bloem zoekers die zelf hun broodje wensen te bakken. En alweer een man, die onze molen op schaal wil nabouwen. Binnenkort kunnen we een tentoonstelling organiseren met schaalmodellen van de molen.:-). Ook Maarten kwam even langs, onze vroegere “derde” molenaar. Ook enkele communicekantjes waar de ouders maar wat graag foto’s schieten om en rond de molen. Eentje wist te vertellen dat Te Rullgem in Herzele vandaag ook draaide.

Ik wacht nog op nieuws van Johan, om onze draaikalender te vervolledigen.

We haalden iets meer dan 1200 toeren vandaag.

Volgende draaidag op 24 mei.



« Vorige