De Lokerse Feesten mooi afgerond.

Live


Robert Plant, moet met enige zekerheid, een lief hebben in Lokeren of omstreken. Of hij wordt er alleszins behoorlijk goed in de watten gelegd. Hoe verklaar je anders zijn nu reeds derde verschijning op de Lokerse Feesten? Bovendien nagenoeg de tweede keer als afsluiter. Wie is Arsenal? En deze keer speelde het vuurwerk hem minder parten, dit in tegenstelling met het geknal tijdens zijn optreden nu alweer 15 jaar geleden. Het werd nu afgestoken voor het optreden een aanvang nam. Al was die eerste keer best leuk, toen Plant zijn concert onderbrak en rustig vooraan op het podium plaatsnam en, de benen bengelend over de podiumrand, genoot van het spektakel van hoog in de lucht uiteen spattende vuurbollen. Om maar te zeggen dat de weergoden ook deze keer Lokeren gunstig gezind waren. Plant had een andere nieuwe band bij: De Sensational Space Shifters. Met deze SSS leverde hij vorig jaar het prachtige Lullaby…and the Ceasless Roar af. Een album dat getuigt van wereldklasse, waarop hij alle mogelijke stijlen verzamelt en laat versmelten tot toch alweer een Plant album, zijn catalogus meer dan waard. Nu hoe kan het ook anders, na 35 jaar ervaring en daarvoor nog eens 12 jaar in de grootste band ter wereld, die het hardrockidioom zeer ver oversteeg. Zeppelin kreeg het predikaat hardrock opgeplakt, toevalligerwijs omdat ze aan het rockfirmament verschenen op hetzelfde ogenblik als pakweg Deep Purple en Black Sabbath. Nu we het toch over Led Zeppelin hebben, het ergoed van de band was nooit ver weg tijdens deze Lokerse avond.

Logisch dat Plant een aantal nummers bracht uit Lullaby and… The Ceaseless Roar, met deze muzikanten die de plaat mee vorm gaven. “Calling for duty” stelde hij hen voor aan een publiek dat met graagte uit zijn hand at. Little Maggy, Turn it Up, Rainbow klonken dan ook nagenoeg identiek aan de plaatversies. “Uit onze laatste plaat”, kondigde hij op een gegeven ogenblik aan, waarbij hij met een geweldige grijs er nog aan toevoegde: “Uit een platenwinkel?” Tijden veranderen… Hij liet voor de rest bijna zijn gehele solo oeuvre blauw blauw, op een schitterend ‘Satan Your Kingdom must come Down’ uit zijn vorige Band of Joy periode na. Merkwaardig, maar bon, alles wat rond de recente nummers heen opgebouwd werd, leunde aan bij Led Zeppelin, en daar luste het publiek duidelijk pap van. In feite putte deze SSS band uit de blues en rock van eertijds. Howlin Wolfs’ ‘How many more Years’, passeerde de revue, net als Dixon’s ‘Spoonfull’. Afgetrapt werd er met Zep’s ‘Trampled Under Foot’, waarna niets nog fout kan bij het Lokers publiek. Aan Stryder, zijn hond van ooit, werd het in Snowdonia geschreven Bron-Y-Our Stomp opgedragen. Ook Cymry ofte Wales was niet ver weg. Plant droeg een van de nummers op aan Tom Jones, Welshman, eerder in de week ook al te zien op het Lokerse podium. Afgesloten werd er met een mooie uitgave van Whole lotta Love, waarbij het theremin intermezzo, wegens ‘vermoedelijk’ ontbreken van de eigenaar, werd vervangen een solootje van Juldeh Camara die op zijn vreemdsoortige viool die hij bewerkt met een soort van boogstrijkstok lustig los mocht gaan. Uit deze soundwall klonk plots een alleraardigste versie van Bo Diddley’s Mona. De violist bracht op een ander ogenblik met zijn instrumentarium ook al een flard ‘Dazed and Confused’

Gebist werd er met ‘Satan Your Kingdom must Come Down’ en een ingehouden versie van ‘Rock and Roll’.

Een ding mag duidelijk zijn, Plant omarmt zijn Zepverleden met liefde. Hij verbreedt het, voegt er een dimensie aan toe, en houdt de toorts brandend, op een voorlopig andere manier dan wat zijn kompaan Page doet, bij het remasteren van de echte canon van Led Zeppelin.

Maar laat ons niet voorbijgaan aan het feit dat tijdens deze concerten ook duidelijk wordt dat in deze aanpak van Plant ook verscholen zit dat de stem van de jonge oergod Percy niet meer van deze wereld is. Eender welk reunieconcert zou uitlopen op een falen, en zeker mocht een band die nooit nog Led Zeppelin kan zijn nieuwe nummers toevoegen aan de definitieve catalogus. Page zou best een paar concerten van zijn maat bijwonen, vinden dat het mooi is, en daarna zijn eigen weg bewandelen, al dan niet met een zanger als compagnon. Plant gebruikt twee gitaristen om Page te vervangen bij het Zeppelin repertoire. Wij hebben er geen enkel probleem mee mocht Page ook Plant vervangen door twee stemmen. Paul Rodgers, Chris Farlowe of zelfs Bonhams babyzusje Debby schieten ons hierbij zomaar door het hoofd.

‘Kingsnake’, aangekondigd als een nieuw nummer, kwam wat traag uit de startblokken, maar eindigde rockend als een stomende trein. Dit belooft alvast voor een volgende ‘plaat’.

Was dit een legendarisch concert? Neen. Was het een goed concert? Ja. Wij hoeven ons tenminste niet tevreden te stellen met de zoveelste LZ tributeband, wanneer we een band als The Sensational Space Shifters kunnen krijgen, met de enige echte RP in hun rangen, want er is geen stem op deze wereld die dichter het origineel van Percy benadert dan deze van Robert Plant. Ook al blijft het shirt zedig dichtgeknoopt dezer dagen. Plant gedraagt zich naar zijn leeftijd. Iets wat niet altijd kan gezegd worden van andere rockgoden ontsproten in een zelfde legendarisch tijdperk uit het verleden.

De setlist (die er mocht wezen)

Trampled Under foot

Turn it Up uit Ceaseless Roar

Black Dog

Rainbow uit Ceaseless Roar

Bron-y-aur Stomp

Spoonful van Dixon

The Lomon Song

How many more Years van Howlin Wolf/deel van Dazed and Confused

What is and should never be

Little Maggy uit Ceaseless Roar

Crawling Kingsnake nieuw

Whole lotta Love incluis Mona

Bisnummers

Satan Your Kingdom Must Come Down uit zijn vorige album met de Band Of Joy

Rock and Roll