’t Is herfst…de hemel zit vol….

Een gedenkwaardige herfst, dat is zeker wat we er zullen van onthouden. Regen en wateroverlast langs de Dender, en nu recent een sneeuwtapijt.

De afgelopen week kregen we zoals dat dan heet een eerste koudeprik. Toch is het nogsteeds herfst ondanks alle troelala over winter die begint op 1 december. Toegegeven we zijn opnieuw aanbeland in de zes donkere weken rond de winterzonnewende. Gedurende de drie weken die voor ons liggen zullen de dagen alleen nog maar korter worden. Er zijn nog zekerheden in het leven. Gelukkig ben ik blijkbaar na meer dan anderhalf jaar afgekikt van een jarenlang verblijf in airco geconditioneerde burelen.

Toegegeven, vorige week voelde aan als een eerder aangename koude periode. Iets wat we over vandaag al minder kunnen zeggen. Te veel vocht in de lucht zeker. De ex-schoenen van Bram, zijn heerlijk sneeuwdicht, wat een extra optie oplevert bij het witte landschap: wandelen.

Het was heerlijk om de week vorige zondag te starten in de nabijheid van de Scheldemonding. Precies een week geleden waren we getuige van een zonsondergang rond half vijf, pal in het westen. Zelf stonden we precies twee km verder achter een rustig draaiende molen op een parallelweg. Een grote witte sneeuwvlakte. De draaiende molen en pal daarachter de zon die zich als een grote rode schijf langzaam onder de einder liet zakken. Pech, geen fototoestel bij. Overigens knap om zien hoe de zon niet recht achter de einder verdwijnt, maar wel traag schuinsgaandeweg, en daarbij behoorlijk tempo aanhoudt. Prentjes schieten van het moment kan slechts gedurende enkele seconden. Ik zou het volgende week opnieuw kunnen proberen, maar of het dan zal lukken? Immers er moet oostenwind zijn, de molenaar moet draaien, een sneeuwtapijt zou bijkomend leuk zijn. Er mogen geen wolken boven de horizon zitten. Het uur waarop een mogelijk zelfde tafereel zich zou kunnen afspelen zal zich voordoen omstreeks vier uur en een klets.

Maandag en dindag waren nog koude frisse fietsdagen. Langs enkele veldwegen richting Schelde in Wetteren, en vandaar via het jaagpad naar Schoonaarde Brug. Even Schellebelle aandoen, dorp met de mooiste naam in Vlaanderen. Een overheerlijke koffie in cafe de Schelde vlakbij het Veer. Dinsdag fietsen rond Lede, langs de grenzen van Erpe-Mere en Aalst naar het Aalsterse Melkuizeke in het Stadspark. Over donkere fietspaden naar huis toe.

Fietsje aan de kant….

Woendag eindelijk een lekker dik sneeuwtapijt, en dus fiets aan de kant en de wandelboots uitgehaald.

Even oefenen door een kort wandelingetje naar het dorp te ondernemen. Brieven posten, resultaat van het voormiddagwerk en daarna snel Knack aanschaffen, met extra DVD, Imagine van John Lennon in een dubbel DVD uitvoering, en een koffietje ge”Triangel”d. Donderdag was het dan toch tijd voor het grotere werk. Even checken of het klopte wat de kranten er in hun lokale nieuwsberichten uitspuwden:” Vossen gesignaleerd op de Honegem te Erpe.” Enkele zomerfoto’s.

Ik ben er op tijdens mijn wandeling langs Spekaerts en de Solegem alvast geen tegengekomen. Opnieuw merk ik dat ik dringend behoefte heb aan een klein fototoestelletje om af en toe een snapshot te nemen. Misschien de handleiding van mijn telefoon even doornemen, dat zou ook kunnen helpen.

Tot aan de Horenbuts ben ik niet meer geraakt. Tot beneden de Keiberg lukte wel, om dan verder langs de Sporthal, Grote Kapel, den Bonten Os en het kaatsplein het Dorp te bereiken voor een koffietje bij de Regent.

Koffie kost tegenwoordig in ons dorp meer dan in de naburige stad. Te weinig concurrentie zeker, of komt hier het Hoovaardig Boer zijn van de Ledenaar aan bod? (*) Vrijdagnamidag na de voormiddagse boekhoudkundige transacties voor de molenverenigng even uitblazen tijdens een wandeling rond de Nieuwdonk. Knap mooie witte vlakte, en alweer geen fototoestel bij.

In mijn donkse stamcafé, bij een dubbele koffie, heb ik kunnen vaststellen, bij mijn tafelburen, dat je er voor geen geld een bord pannekoeken kunt eten, waar je maag pijn van doet. Geen wonder dat hier elke dag alle tafels bezet worden door insmiddels van hun werk bevrijde stamgasten, die proberen even de tijd vast te houden.

Aalst, een stad in de herfst.

Zelf lijk ik ook al helemaal omgeturned, want zaterdag nam ik warempel de trein om naar Aalst te bollen. Trouwens makkelijk. Een probleem, na veertien uur is het station bij ons gesloten en moet je dus op de trein zelf een ticket kopen. Dit uiteraard nadat je je aangemeld hebt bij de kaartjesknipper. Tja en wat doe je dan wanneer die in geen velden of wegen te bespeuren valt? En wanneer vervolgens de rit zo kort van duur is, dat het uitschrijven van meerdere tickets, want ik was niet alleen die opstapte, meer tijd vraagt dan de korte rit van enkele minuten? We zullen dit maar op het conto van “de” besparingen schrijven zeker. Enerzijds van onszelf en anderzijds van de spoorwegen door niemand meer in het station te laten zitten. De wachtzaal blijft met al haar comfort trouwens ook geslosten voor de zo gewenste reiziger. Gelukkig stoppen hier nogsteeds twee treinen per uur. We zullen dus maar een ticketje kopen voor de terugreis, of misschien neem ik wel de bus. Wie eerst komt eerst maalt.

Bij De Slegte lag voor 45 euro een boek in het uitstalraam dat handelt over de oudste Aalstenaar: Amylum. Laat ik nou net datzelfde boek vorige woendag gekocht hebben bij ons in de kringwinkel voor de ronde som van 6 euro. Mocht het zo niet zo goed zijn, ik zou het kunnen aanbieden bij de Slegte. “Boek heet handel” of iets van die strekking zoals zij zelf in hun reclame poneren.

Overigens leverde mijn kringwinkelbezoek mij voor de totale som van acht euro nog 2 extra boeken op. Een Britse geïllustreerde geschiedenis; een Artis boek over een streek uit Wallonië uitgegeven in dezelfde reeks waar in ook het mooie Denderboek werd uitgegeven. Twee ceedeetjes (ooit bijlagen bij het blad Britse muziekblad Mojo). Een ode aan Syd Barrett en een verzameling psychedelische nummers. Overigens er liggen waarschijnlijk nu nog altijd een aantal van die extra bijlagen cd’s in die grabbelbak. Wist je overigens dat, naar wat een Engelse dame mij in een boekenshop in Hay-On-Wey deze zomer vertelde, dergelijke cd’s niet mogen worden verkocht in de handel. Ik mocht dan ook eender wat in haar varkentkje stoppen, voor “de aankoop” mijn dvd’tje met twee Meryl Streep films. Dit zou kunnen kloppen, want enkele dagen eerder kocht ik tijdens een carboot sale bij een dame een stuk of dertig van die cd’tjes en dvd’tjes voor de ronde som van 10 pence. Ruim onvoldoende om er het tasje mee te betalen waarin ze werden gepropt. Een tasje afkomstig van een of andere dure parfumeriezaak. Ik heb mij nog niet helemaal door die trits cd’tjes geworsteld. Het betreft hoofdzakelijk live materiaal van artiesten dat gratis verspreid wordt in combinatie met de Daily Mail en andere gazetten.

Idelale start om er een ‘Was het nu 60 of 70’ popverzameling mee aan te leggen. Materiaal dat je anders toch nooit zelf koopt. Tom Jones, Elvis, Beach Boys, top of the pops stuff, enz….

Even terug naar de koffie in het Museumcfé in de buurt van ‘De Zwette Maan’. (**) Aalst heeft deze keer geen ijspiste staan op de Grote Markt. De markt lag er trouwens zo al wit genoeg bij, en er zal wel weer een goede reden voor zijn bedenk ik. Zoals trouwens voor alles in Aalst. Dit jaar alweer een café minder hier tegenover het Museumcafé. Gaston Van Der Elst is gestopt, en zijn café, annex zaal worden niet overgenomen of verdergezet. Er komt een of ander winkelpand in, net als bij de naast gelegen ter ziele gegane Korenbloem waar Zeeman zich in heeft genesteld. Neem dan nog de vroegere zaal van de Frakken bij en je hebt drie zaken waar we begin jaren 70 naar hartelust van het ene bal naar de andere T-dansant konden swappen. Alledrie behoren deze lokaties tot het collectief verleden. Geen T-dansants meer in de Korenbloem of bij Van Der Elst; geen schoolfuiven meer bij de Frakken. Men zou van minder triestig worden.

Herfst rond de molen.

Zondag molendag: van een tot vijf, een korte draaidag op de molen. Behalve een tiental scoutjes met hun twee leiders niemand gezien. Die bengels wilden met hun sleetjes van de molenberg glijden. En wat denk je? De leukste uitdaging lag natuurlijk weer langs de kant van het wiekenkruis. Gelukkig waren ze daar met enig gemak weg te houden, en stoeiden ze verder langs de koude oostkant. Toch kwamen enkele de molen binnen, zoals steeds in totale bewondering en verbazing. Eentje was zelfs zo erg geïntresseerd in een tekening van een echte “krui” wagen die bij ons achter in de molen ophangt, dat hij er recht op af liep en pardoes in het trapgat naar de hel viel. Gelukkig liep hij na wat traantjes, enkele minuten later buiten opnieuw rond te stoeien. Al zullen wel wat blauwe plekken opgedoken zijn de dag erna. Hoelang is het trouwens geleden dat ik ooit met mijn klikken en klakken van de steile berg in Steenberg ben gedonderd? Gelukkig nog net opgevangen door een bezorgd toespringende dame, of ik was enkele meters dieper terecht gekomen. Nog een geluk dat ik toen enkel met mijn neef en nog wat Meerse vriendjes op pad was, of ik was vermoedelijk helemaal niet meer buitengemogen…. Kinderen, altijd wat…En wat niet weet wat niet deert.

Vier volle zeilen voorgelegd, want zonder was onze verbusseling met geen meter vooruit te krijgen. De molen draaide met zo’n 30 endjes rustig van twee naar vier uur. Tijdig opkramen was de boodschap, want zonder licht wordt het behoorlijk donker in zo’n houten kast. Bovendien, hoe later hoe kouder, en de vriezeman kunnen we als de pest missen op zo’n molen. Stel je maar eens voor dat je voor je wieken staat waarop vier grote dwijlen van twee op twaalf meter als grote platte stijfgevroren panelen zouden vastzitten. Molenaars zijn er om elkaar voor dergelijk onheil te behoeden, en gelukkig deed een van onze molenaars dat. Misschien wel na een eigen slechte ervaring. Wie zal het zeggen?

(*)in vroeger tijden scheldnaam, tegenwoordig een carnavalstitel.

(**) Staandbeeld van de Zwarte Man, ofte Dirk Martens, eerste drukker in de Lage Landen.