Maandag, 12 augustus

Reisdag naar TIMS pretour in Duitsland. Om iets na negen was er een trein waarmee, ik nog voldoende tijd zou hebben om rustig uit te zoeken in Brussel Zuid waar de treinen richting Duitsland zich bevinden. Ik werd zowaar uitgeleide gedaan door Artuur, die er natuurlijk geen jota van snapte. Net tijd genoeg om nog een Uncut aan te schaffen in een van de winkeltjes beneden in het Zuid station. Het sleuren met de valies viel al bij al nogal mee. Stukken beter dan indertijd met haar voorganger die bij de uitstap in Oekraïne aan het eind in brokken en stukken uit elkaar viel. De lady of the house en Artuur uitgezwaaid, en plaatsgenomen in een van die wagons met ruimte voor fietsen, en invalidekarren. De twee kaartjesknippers, tegenwoordig uitgerust met een heus computertje, aten er hun ontbijt en letten niet op mij. Voor het eerst heb ik een treinticket ingelezen op mijn IPhone. Voor de veiligheid toch ook een print-out van het pdf bestand meegebracht. Je weet maar nooit of er iets mis gaat. Maar zoals gezegd ‘kaartjesknippen’ kwam er niet aan te pas. Enkele sporen verder bij het internationale gedeelte vind ik de ICE trein die mij zal meenemen tot Köln, en die dan verder gaat richting Frankfürt. Om twintig na tien start de trip voor nagenoeg twee uur. Het is even zoeken naar het rijtuig met gereserveerde plaatsen. De zon maakt de rode letters nagenoeg onleesbaar op het schermpje.

Achteraan in de wagon plof ik neer naast een dertiger die druk is met lezen in een Engelstalig boek, een hoofdtelefoon op zijn kop heeft, en af en toe zijn smartphone checkt. Verder geen last van maar ook geen woord mee gewisseld. En het inscannen van de de QR-code werkt. Moet ik dus voor mijn terugrij ticket geen print-out versieren.

We rijden voorbij de weg die naar Hanuit loopt, en waar ik ooit een jongedame wat eerste rijlessen gaf. Ik reed zelf amper een paar maanden auto. Mooie herinneringen aan mijn eerste autootje, een okerkleurige Fiat 128. Doorheen het wat megalomane station van Luik, een ontwerp van enkele Italianen, zitten we snel bij Aachen. Op een gegeven ogenblik stopt de trein midden in een bos, en ben ik er getuige van hoe incidentmanagement werkt bij onze oosterburen. Tenminste het onderdeel communicatie. ‘Dames en heren, de trein is gestopt in een bos. We rijden binnenkort verder.’ Het waren misschien niet de exacte woorden, maar het kwam daar toch op neer. Zo zie je maar, hoe je een steeds weer terugkerende opmerking, ‘wij wisten van niets’, ook bij zou kunnen counteren. Bon, na een paar minuten zette de trein toch weer aan, en uiteindelijk verloren we slechts een paar minuten bij aankomst in Köln. Wat ik vooral van deze treinreis zal onthouden is dat de sporen ook in Duitsland aan de achterkant van gebouwen lopen, waar je vaak een verloederd landschap er zo maar bij krijgt. De stad staat hier en daar nog in de stijgers, al oogt de kade langs de rivier zeer mooi. Doet mij denken aan de plaats in Londen aan de Theems waar ik in 2007 genoot.

Het station van Köln valt mee. Al bij al een niet eens zo groot station. En dus wordt wisselen van spoor en trein al bij al een makkie. Het voelt als een opluchting aan wanneer ik ook weer hier achter in de wagon mijn plaatsje bij het raam inneem. Aan het andere venstertje zit een leuk wezen, schattig te wezen, en dat schept een band. Shuss, and have a save journey, krijg ik nog wanneer ze in Hannover de trein verlaat. Shuss.

We rijden richting Hannover en eerlijk gezegd, valt het landschap behoorlijk tegen. Iets te gewoon, te gelijkend op ons eigenste land. Dezelfde bouwstijl, dezelfde dakpannen, enz…

Het is na drie, we zijn Hannover voorbij, en pas nu haalt deze trein de 250 km per uur. Naar het einde toe begint de aanblik van het vroegere Oost-Duitsland door te sijpelen.

En dan is er Berlijn, eerst het station Spandau. Zouden jongeren nog aan iets denken bij die naam? Het station Haupbahnhof is een Brussel Zuid in het kwadraat. Al lukt het vinden van het juiste spoor voor de S trein nog vrij goed. 1,70 betaal ik aan de infobalie, en de man stuurt mij richting spoor 16, met de boodschap ‘neem eender welke trein’. En jawel ik zit al na twee haltes bij de Tiergarten. Alleen klopt er opeens niets meer van wat ik op mijn plannetje heb staan. Een vriendelijke tiep die ik aanspreek begint onmiddellijk kaartjes te googelen en vertelt mij dat het dik twee kilometer lopen is. Dit kan niet…. dus terug die trein op, en een halte verder er weer uit bij Zoological garten. Blijkbaar bestaat er dus toch een verschil tussen een zoo en een tiergarten…. want nu zit ik wel op de correcte route van mijn uitgeprint plannetje. Nog een plein overlopen, en enkele straten langs, en ik check in bij het Mark Hotel. Mijn kamergenoot komt er ook net aangewaaid. Om zeven uur eten we iets licht, en worden we geïnformeerd over de dag van morgen. Er zijn er nog enkele spoorloos of zullen later arriveren. Eentje uit Amerika zat vast op de luchthaven in Londen.

Na het ‘lichte diner’, een veggy spahetti, wandel ik nog even de stad in voor een koffie, op een terras aan de Kurfürstendam. Het lijkt alsof ik op een terras zit aan de Brusselse Anspachlaan….