Alle wegen leiden naar Dresden.

Gisteravond liep ik te voet naar Polen. Ook dat moet kunnen. Zeker wanneer je in een hotel in Zittau verblijft dat op amper 200 meter van de Oder-Neisse grens ligt. Hoe lang is het geleden dat we op school leerden dat de Duitse grens niet meer de Duitse grens was, maar vervangen werd door de Oder-Neisse grens. En hier sta ik dan zoveel jaren later aan de Neisse. Over de brug kan je terecht in een benzinestation of in en kleine winkel waar sigaretten worden verkocht. Het herinnert mij aan die ene keer dat ik naar Schotland reisde, en in Gretna Green, waar de hippies en ander van huis weggelopen tuig heen trok om er door de smid te worden getrouwd, een bord frieten verorberde, en daarna prompt terug reed naar Wales. Net die ene voet in dat andere land, de temperatuur checken, en dan terug.

We praten de avond voorbij in de ‘biergarten’ bij ‘eine gröse Weisse‘ waarbij we het hadden over immense ontginning hier in de buurt van bruinkool. Terreinen van enkel vierkante kilometer groot en driehonderd meter diep, zorgen er in deze buurt voor dat de complete waterhuishouding nagenoeg om zeep werd geholpen. Om nog maar te zwijgen van de luchtpolutie.

We zijn op de terugweg naar Berlijn, met nog een laatste stop bij een watermolen, waar de tijd stilstond. Alles lijkt nog zoals voor dertig jaar. De muren van huis en molengebouw werden niet opnieuw bepleisterd, noch geschilderd.

De ontvangst door de molenaar en zijn molenarin, voor de gelegenheid in typisch molenoutfit, verwelkomen ons hartelijk. Met koffie, pruimentaart en een broodje met kaas en augurk. Voor bier is het nog wat vroeg in de ochtend. Vergeet niet dat we deze keer al om zes uur uit de veren waren. De molen herinnert mij aan een van die molens die we vier jaar geleden bezochten, en waar we doordrongen tot op de zolder, waar stof vergaard werd gedurende tientallen jaren. Achter een gesloten deur ontwaarde ik vergelijkbare toestanden. Het molengedeeelte zelf lag er eigenlijk nog pico bello bij. De molenaar vertelde dat de vorige eigenaarsfamilie emigreerde naar Adelaide in Australië en dat er nog jaarlijks familieleden de molen komen bezoeken. Dus onderhoud is nodig. We zagen het waterwiel niet inwerking, vanwege te weinig water.

Op de steenzolder een koppel stenen waarbij de aanvoer van het graan gebeurde van de hoger liggende zolder, via een nu gedemonteerde graanbuis die voor de toevoer zorgde. Er naast stond een cilindermolen. Interessant was ook het apparaat waarmee je stenen kon scherpen. Een ingewikkeld tuig dat men toch nog met de hand bediende. Moeilijk voor te stellen hoe het echt werkte. Mits wat bochtenwerk en de nodige opstapjes kon je bij het mooie houten waterwiel geraken. Onder de pannen konden we nog een plansichter vinden. Ook hier waren weer mooie foto’s te maken van talrijke naambordjes op de diverse apparatuur.

Ook hier was er een dame aanwezig van de lokale pers, die de tijd van haar leven had, de camera steeds in de aanslag.

Even na tien vertrokken we voor ons laatste bezoek aan de stad Dresden. Geen molens meer vandaag, maar bewonderen hoe een stad uit haar as kan herrijzen. Een beetje zoals ons Ieper, waar nog jaarlijks honderden duizenden toeristen uit de hele wereld neerstrijken.

Welkom in Dresden. Dat was de gids die ons welkom heette. We waren net de stad ingereden langs de Elbe voorbij een immense moskee. Tenminste daar leek het toch op.

De wandeling doorheen het park naar het oude stadsgedeelte was kort. Alles in deze stad waar de toerist in geïnteresseerd is ligt dicht bij elkaar. Het leven van August de Grote werd voor ons uit de doeken gedaan, en bij de meeste gebouwen kregen we de nodige uitleg, die ik intussen voor een groot deel alweer vergat, gewoonweg omdat er zo veel indrukken waren op te doen. In de beloofde kerk zijn we uiteindelijk niet geweest, omdat er een trouw aan de gang was. In de verte lag het openlucht stadion waar Neil Young nog aantrad enkele dagen voor wij hem te zien kregen in Antwerpen. Op dit ogenblik lopen er een weeklang feestelijkheden in de stad, waardoor hier en daar een podium was opgesteld. Enkele Portugezen speelden Oye coma va van Santana. We zagen een paar knappe straatanimators standbeelden uitbeelden. Het idee van de opdravende kelner leek best leuk. Anderhalf uur verloopt snel i!n deze stad. Dit vraagt om een langer bezoek, waarbij je ook tijd hebt voor de musea. Voor ons was het eerder een architecturale rondgang, langs gebouwen, die opnieuw werden vervolledigd uit de nagelaten restanten van de laatste oorlog. Waarom precies werd Dresden zo onder handen genomen. Vergeling uiteraard; Het Idee van: we zullen je eens een lesje leren. Het is niet mogelijk dat dit idee bij de geallieerden van een groep kwam. Vergelding nog tot daar aan toe, maar uit welk brein precies werd de lokatie Dresden als doel geboren? Was het Churchill? Wie was deze stad zo kotsbeu dat ze tot as mocht worden herschapen?

We zijn onderweg naar Berlijn, waar we vanavond nog registreren voor het een week lang durende symposium. En uiteraard het welkom diner.

Vanavond verbroederen we met al die anderen die hier vier jaar op hebben gewacht.